Hoe je te gedragen in een restaurant?
Ik denk dat elke horecawerknemer zich in deze blog wel zal herkennen. Tenslotte is het zo dat, in wat voor zaak je ook werkt, overal heb je wel een enkele keer per dag een bepaald soort gasten die je niet uit kan staan. Natuurlijk zijn er ook hele leuke gasten waar je echte voldoening uit haalt, waarvoor je je passie voor horeca werk hebt ontwikkelt en waardoor je misschien wel voor altijd in de horeca wilt blijven werken. Maar deze blog gaat over die paar gasten die jou het bloed onder je nagels vandaan weten te halen, maar ook over hoe zij zich zouden moeten gedragen.
Het begint al bij binnenkomst, wanneer zij zonder hallo te zeggen aan een tafel gaan zitten die zometeen gereserveerd is, maar waar nog geen ‘gereserveerd’ bordje op staat, die ook nog eens vol staat met vieze borden, kopjes en half afgekloven sandwiches. Ten eerste is een simpel ‘hallo’ of ‘goedemiddag’ wel zo netjes. Ten tweede breng ik je dan naar een tafel die niet gereserveerd is (en ga niet in discussie dat er geen ‘gereserveerd’ bordje op staat, want als de tafel nog vies is, zal de ober geen tijd hebben gehad om er wel al een ‘gereserveerd’ bordje op te hebben geknald). Ten derde, waarom ga je in godsnaam aan de smerigste tafel van het hele restaurant zitten? Zoveel frustratie zou je kunnen voorkomen door gewoon gedag te zeggen en te vragen aan welke tafel je mag gaan zitten.
Deze personen die graag aan een vieze tafel gaan zitten zijn ook vaak de mensen met het minste geduld. Ze beginnen meteen te zwaaien en te roepen. Ik heb zelf wel eens ‘hee jochie’ naar mijn hoofd gekregen. Denk maar niet dat je dan de rest van de avond nog goede service krijgt. In de horeca is er namelijk sprake van een wisselwerking. Als jij als gast leuk bent, dan zijn wij als obers ook leuk naar jou. Netjes je vinger even opsteken en oogcontact maken met de ober is prima als het te lang duurt voor je gevoel, maar ga alsjeblieft niet roepen. Obers werken uit ervaring keihard en zullen echt hun best doen om jou zo snel mogelijk te helpen. Bovendien zou een ober veel sneller je drankjes op kunnen nemen als je niet aan die vieze tafel was gaan zitten. Een ober zal namelijk eerst altijd de tafel schoon maken voordat hij of zij je drankjes opneemt.
Dan nog het opnemen van de gerechten bij grote groepen. Een grote groep opnemen kost veel tijd en dat betekent dat de ober geen aandacht kan schenken aan de andere gasten. Als de ober dus aan jouw tafel staat, stop dan even met praten met je tante Truus die naast je zit en vertelt dat ze nog steeds geen man kan vinden ook al ziet ze eruit alsof haar kleding net van straat uit de regen is gepakt, en zorg dat de ober jouw bestelling op kan nemen. Ga bovendien niet voor de halve tafel bestellen zonder dat andere mensen daar van afweten waardoor zij hun bestelling dubbel doen. Het is nogal zonde en tijdrovend om de bestelling opnieuw op te nemen. Dus even de aandacht erbij en weten wat je wilt bestellen is een kleine moeite en enorm fijn voor de ober.
We zijn nu aangekomen bij het opdienen van het hoofdgerecht. Meerdere obers komen bij de grote tafel aan met drie gloeiend hete borden op hun armen. Je denkt dat je jouw heerlijke biefstuk al ruikt, maar dat is toch het de huid van de ober die aan het wegschroeien is. Eenmaal bij de tafel zal de ober vragen van wie de biefstuk medium/rare met pepersaus is en in eerste instantie verstaat niemand het omdat iedereen aan het schreeuwen is om over het rumoer uit te komen. Na drie keer geroepen te hebben zegt de dichtstbijzijnde vrouw aan de tafel dat die wel voor Henk zal zijn. Inmiddels heb je al zeker tweedegraads brandwonden op je armen terwijl jij je afvraagt wie in hemelsnaam Henk is. Nadat je Henk gevonden hebt kan je de andere twee borden kwijt, maar wel pas nadat de gasten hun telefoons, tabbladen, en flatscreen televisies van tafel hebben gehaald. Ik denk dat ‘aandacht’ hier toch wel het sleutelwoord is. Weet wat je hebt besteld en let op of de ober jouw exacte gerecht opnoemt. Dat scheelt de brandwondenstichting een hoop werk bij alle horecamedewerkers.
De laatste irritatie of gasten die je liever niet te vaak langs ziet komen zijn de gasten die op het laatste moment binnenkomen. Het is vijf voor tien, de keuken is helemaal schoongemaakt en je keuken sluit over vijf minuten. Maar dan komen er nog een aantal gasten langs die nog graag even een hapje willen eten. Je kan ze helaas niet weigeren want gastvrijheid staat hoog in het vaandel in de horeca en dus begeleid je ze naar een tafeltje. Je durft bijna niet de keuken in te lopen om te zeggen dat er nog een aantal eters zijn binnengekomen. Na wat gevloek vanuit de keuken breng je de gasten snel de kaart en neem je hun drinken op. Helaas zijn de gasten niet erg snel en duurt het al een eeuwigheid voordat ze weten wat ze willen eten. Dan blijkt ook nog eens dat ze van plan zijn een drie gangen diner te nemen. Tot zover de gastvrijheid want je gaat dus echt niet de keuken anderhalf uur langer open laten zijn voor deze twee gasten. Als je als gast vlak voor het sluiten van de keuken nog iets wilt eten, ga er dan niet vanuit dat je nog meerdere gangen kan bestellen. Een hoofdgerecht kan je krijgen.
Het lijkt nu misschien alsof werken in de horeca een hel is omdat je alleen maar vreselijke gasten over de vloer krijgt. Het tegendeel is waar. Ik werk in de horeca in Amsterdam en het is geweldig om de gasten een leuke middag en avond te bezorgen. Nog geen één procent van de gasten gedraagt zich zoals de gasten die ik in deze blog heb beschreven. Dus mocht je na deze blog twijfelen om in de horeca te gaan werken? Niet twijfelen gewoon doen kan ik je uit eigen ervaring meegeven. Misschien schrijf ik nog wel een blog over de leukste gasten en ben je dan helemaal overtuigd.